Nieuws

13 april 2014

Nieuw voorstel wettelijke filmregeling voorgelegd aan branche

ACT Nieuws

Op 10 maart jl. heeft het Ministerie van Justitie een voorstel tot nadere aanpassing van 
het Wetsvoorstel Auteurscontractenrecht gepubliceerd. 
De beroepsorganisaties en rechtenorganisaties van scenaristen (Netwerk/Lira), 
regisseurs (DDG/Vevam) en acteurs (ACT/NORMA), verenigd in Portal Audiovisuele 
Makers (PAM) hebben verheugd geconstateerd dat in het nieuwe tekstvoorstel dat er nu 
ligt duidelijke aanknopingspunten te vinden zijn voor een betere contractuele positie van 
filmmakers ten opzichte van producenten en exploitanten.

De filmmakers hebben ook nu al, onder de huidige wetgeving, een wettelijk recht op 
een vergoeding voor het gebruik van hun werk. In de praktijk blijkt deze vergoeding 
voor individuele filmmakers helaas vaak niet afdwingbaar en worden zij in hun 
contractonderhandelingen met de producenten gedwongen om genoegen te nemen met 
een eenmalige afkoopsom voor de zogeheten exploitatierechten.

Het Wetsvoorstel Auteurscontractenrecht, dat in 2012 door de regering werd 
gepubliceerd, heeft nu juist als doel om de positie van filmmakers te verbeteren. Hoewel 
dit voorstel een aantal positieve elementen bevat, geeft het nog onvoldoende garanties 
dat filmmakers een eerlijke vergoeding ontvangen voor het gebruik van hun werk. 
Het voorstel tot nadere aanpassing biedt belangrijke verbeteringen ten opzichte van de 
vorige concepttekst van het wetsvoorstel.

Zo wordt bijvoorbeeld de verplichting tot betaling van de vergoeding voor de 
belangrijkste filmmakers en uitvoerende kunstenaars voor bepaalde vormen van 
gebruik van hun werk (zoals voor uitzending en on demand diensten) niet meer bij de 
producenten neergelegd, maar bij de eindexploitanten – zoals kabelmaatschappijen, 
omroepen en video-on-demand aanbieders. Van de vergoedingen kan geen afstand 
worden gedaan en moeten bovendien proportioneel zijn ten opzichte van de verdiensten 
die gemaakt worden door de exploitanten. De vergoedingen worden collectief geïnd 
door de beheersorganisaties van de belangrijkste makers en uitvoerende kunstenaars, 
die door henzelf worden bestuurd. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om via de 
beheersorganisaties een deel van de vergoedingen aan te wenden voor collectieve 
doeleinden die aan de gehele beroepsgroep ten goede komen, zoals talentontwikkeling 
en opleiding van filmmakers.

Producenten kunnen op deze manier de gewenste beschikking krijgen over de 
exploitatierechten. Tegelijkertijd blijven de scenarioschrijvers, regisseurs en acteurs 
via hun eigen collectieve organisaties verzekerd van de vergoedingen waar zij recht op 
hebben, op efficiënte en controleerbare wijze. 

Het Ministerie van Justitie doet met het voorstel tot aanpassing een ultieme poging om 
tot een structurele oplossing voor de toekomst te komen en hoopt op constructieve 
reacties van de belanghebbenden, waar mogelijk via de (koepel)organisaties. Netwerk 
Scenarioschrijvers, DDG, ACT, LIRA, VEVAM en NORMA hebben dan ook gezamenlijk via 
PAM op het voorstel gereageerd.

De reactie van PAM wordt ondersteund door een groot aantal bekende makers en 
acteurs, die onder verwijzing naar de reactie van PAM in een aparte brief aan het 
Ministerie hun steun betuigen aan het voorstel.

Het Ministerie van Justitie heeft aangegeven dat zij het traject van consultatie en de 
verwerking daarvan op 9 april te willen afronden. Daarna zal naar verwacht het voorstel 
in de vorm van een aanpassing van het Wetsvoorstel Auteurscontractenrecht naar de 
Tweede Kamer worden gezonden.

Laatste nieuws